De bast van een kokosnoot verwerken tot een flexibele vezel die gebruikt kan worden als vulling voor meubilair, matrassen en isolatiemateriaal. Het klinkt als het idee van een hippe start-up, maar dat is het zeker niet. In Volendam doet fabrikant Enkev het al sinds 1932. Zij waren al duurzaam toen niemand het nog over dat woord had.
Grote bedrijven hebben hun mond vol van duurzaamheid en beschikken over de middelen voor complexe analyses en veranderstrategieën. Maar zij zijn vanaf het begin al duurzaam bezig, alleen wordt het nu steeds belangrijker om dat ook uit te dragen. Alleen roepen dat natuurlijk en circulair beter is volstaat niet meer; ze moeten dat bewijzen. Ze verwachten dat het de komende jaren steeds meer gaat over verplichte CO2-reductie. Over de hele keten gezien zijn hun materialen een duurzamer alternatief voor het veelgebruikte vulmateriaal PU-schuim. Daarmee kunnen ze bedrijven helpen om hun uitstoot significant te verlagen. Het is hoog tijd voor hun om op een podium te gaan staan.
Matras vol paardenhaar
In de ruime fabriekshal staan verschillende machines te loeien. Die machines stammen uit de jaren 50 en 60, zegt de directeur. Maar ze voegen er voortdurend nieuwe technologieën en sensoren aan toe. Met grote rieken scheppen een aantal medewerkers kluwen haren in de machines. Paardenhaar komt binnen uit de hele wereld, en is eigenlijk een restproduct van de vleesindustrie. Zij upcyclen dit, vertelt de directeur. Het haar van de staart en manen wordt gewassen, ontknoopt, gekruld en met latex flexibel gemaakt. Daarna vormt Enkev het haar in rechthoekige platen die gebruikt kunnen worden als vulmateriaal in matrassen. Klanten kopen dit soort materialen niet alleen omdat ze duurzaam zijn. Deze materialen kunnen veel beter omgaan met het vocht dat we elke nacht uitzweten en uitdampen. Daarbij is paardenhaar net als vele andere natuurlijke materialen gewoon heel comfortabel spul; doe maar eens een jas aan van plastic.
Kindermatrassen
Ergens anders in de fabriek laat de directeur zien hoe kernen van gerecyclede kunststoffen gemaakt worden voor kindermatrassen. De herbruikbare kernen, die Labyrinth worden genoemd vanwege het doolhofachtige patroon, zijn ideaal voor kindermatrassen omdat ze gemakkelijk uit te wassen zijn.
Het Labyrinth is gemaakt van elastische polymeren; geen natuurlijke grondstof. Toch heeft Enkev jaren geleden besloten om te investeren in dit proces. Ze gebruiken mono-materialen die ze één op één kunnen recyclen. Dit doen ze al met de reststroken die ze tijdens het proces wegsnijden. Klanten krijgen nu al de mogelijkheid om matrassen aan het eind van hun levensduur terug te brengen. Enkev kan deze dan weer verwerken tot grondstof, waarna er exact hetzelfde product van gemaakt kan worden. Een circulair systeem dus. Ze hebben er jaren aan gewerkt om dit materiaal comfortabel en recyclebaar te maken.
Recycling in de praktijk
Er zijn gesprekken gaande tussen Enkev en een grote klant, om op structurele basis gebruikte matraskernen in te nemen en te recyclen. De partij waar zij mee willen samenwerken geeft hun klanten in de vorm van een kortingsbon een reden om gebruikte matrassen in te leveren. En zij betalen hun partner weer om dat ingeleverde materiaal terug te nemen. Voor hun is het een grondstof om weer nieuwe matraskernen van te maken. Zo sluiten ze de cirkel.
Iedereen heeft het over recycling, maar uiteindelijk zie je dat heel veel verschillende materialen toch op één hoop terecht komen. Daardoor krijg je problemen om het materiaal kwalitatief op peil te houden. Bedrijven moeten verantwoordelijk gehouden worden voor hun eigen baksels, vind de directeur.
Strijd tegen schuim
De grote concurrent van Enkev is en blijft het van aardolie afkomstige PU-schuim. De natuurlijke materialen die ze gebruiken als PU-Schuimvervangers leveren hun klanten grote CO2-uitstootverminderingen op. Helemaal wanneer je een tweede leven kunt geven aan materialen nadat ze afgedankt zijn. Toch grijpt de industrie nog vaak naar het schuim, simpelweg omdat het goedkoop is. Maar nu zie je echt dat heel veel bedrijven iets aan duurzaamheid willen doen. Die zoeken dan een alternatief voor PU-schuim, en die komen heel vaak bij hun uit.
Grondstoffen uit Nederland
Een groot deel van de grondstoffen die Enkev gebruikt komen nu nog uit verre oorden. Idealiter haalt het deze ook dichter bij huis. De kokosnoot gaan ze hier niet krijgen, maar ze zijn wel aan het kijken naar toepassingen voor bermgras, vlas en hennep. In Tilburg zijn ze daarmee volop aan het experimenteren.
Plannen buitenland
Na een internationale carrière voor een Nederlands handelsbedrijf in Centraal Amerika en Brazilië, heeft de directeur zijn plek gevonden in Volendam. Wat hij leuk vind, is dingen maken. En de interactie tussen de fabrieksvloer en het management is informeel en zeer waardevol. Maar ze blijven heel internationaal georiënteerd. Zo heeft Enkev naast vestigingen in Volendam en Tilburg inmiddels fabrieken in Polen, België en het Verenigd Koninkrijk. Vlak voor de uitbraak van corona heeft het bedrijf een vestiging in de Verenigde Staten geopend. Ze hebben daar nu een verkoper en een warehouse van waaruit ze steeds meer klanten bedienen. Ze zijn net begonnen, maar ze willen heel graag in de VS uitbreiden. Misschien zelfs wel produceren. Ze zijn een maakbedrijf, maar daarnaast ook echt een verhalenfabriek; bedrijven kunnen met de materialen die ze bij hun kopen een duurzaam verhaal vertellen. Onderdeel daarvan is dat buitenlandse Enkev-fabrieken lokaal opereren. Zo hebben ze daar ook hun eigen netwerken van medewerkers, leveranciers en afnemers.