Door afval van snoeiwerk, bermmaai- en slootreinigingsafval op een speciale manier te verwerken, maken boeren in Súdwest-Fryslân hun eigen compost. Deze vorm van circulaire landbouw kan op grotere schaal worden toegepast.
Normaal gesproken was dat gewoon afval dat verbrand werd. Maar door de plantresten nu te verwerken in een machine die er veel zuurstof doorheen mengt, gaat het niet rotten en ontstaat er een rijke compost. Omdat boeren dat zelf op hun eigen land uitrijden, blijven belangrijke grondstoffen in de regio.
Geen uitspoeling
Volgens de Stichting Agrarisch Groenbeheer, die onder andere de kwaliteit garandeert, is het goed voor de omgeving. Omdat er geen uitspoeling is van stikstof naar het grond- of oppervlaktewater, is het goed voor het milieu. Daarnaast is er opslag van koolstof in de grond en dat is weer in lijn met de klimaatproblematiek.
Op de procestechnologie uit Oostenrijk zit patent. Stichting Agrarisch Groenbeheer zorgt voor certificaten voor boeren, zoals voor Pieter van der Valk uit Ferwoude. Die zag er wel iets in.
Omdat het groen uit bermen en sloten als afval wordt beschouwd, gelden er allemaal regels voor. Van der Valk en de andere boeren hebben de Stichting Agricycling opgericht om binnen de bestaande regelgeving te kunnen werken. Dat is na anderhalf jaar gelukt. De eerste lading compost ziet er goed uit.
Súdeast-Fryslân
In Súdeast-Fryslân wil men deze vorm van circulaire landbouw ook gaan toepassen. De agrarische natuurvereniging ELAN is hier al jaren mee bezig, maar vanwege de wetten en regels is het nog niet gelukt. Ze kijken nu naar Van der Valk en diens collega’s om van hen te leren.
Met deze nieuwe wijze van composteren, wordt restafval verwerkt tot compost en krijg je ook geen onkruidzaden op het land. De hoop is dat ook elders gemeenten enthousiast worden en dit op grote schaal gaan toepassen.