Studenten aan de Technische Universiteit Eindhoven presenteren hun auto gemaakt van afval: de Luca. Het afval dat ze gebruikten is een combinatie van huishoudelijk afval, gebruikte PET-flessen en plastic opgevist uit de oceaan. De auto moet een lans breken voor auto’s gemaakt van afvalstoffen.
Het studententeam van TU/ecomotive presenteerde het definitieve ontwerp van de Luca, en nu is hij er dan. Een auto van ongeveer 400 kilo – de helft van het gewicht van een normale auto – die zoveel mogelijk bestaat uit afval.
Zo is de buitenkant van de auto gemaakt van plastic uit de oceaan gecombineerd met vlasvezels. In de stoelen zitten PET-flessen verwerkt. De auto wordt elektrisch aangedreven. De elektronica, het stuur, de pedalen en de voorruit konden niet van gerecycled materiaal worden gemaakt, dus alleen die zijn nieuw.
Koolstofvezel is slecht voor het milieu
Een studententeam werkt aan de duurzame auto van de toekomst. Een belangrijk deel van de vervuiling die auto’s veroorzaken, komt van de productie. Staal, aluminium en koolstofvezel zijn geen duurzame producten. Koolstofvezel produceren kost bijvoorbeeld een heleboel energie omdat het extreem heet moet worden, vertelt Matthijs van Wijk van TU/ecomotive. De auto wordt er wel lichter door, en daarmee rijdt hij zuiniger. Maar die milieuwinst raak je kwijt bij het productieproces.
Uiteindelijk willen de studenten het liefst langs bij grote producenten om te laten zien dat het anders kan. Dat is hun droom: om de Luca te presenteren aan BMW of Volkswagen.
Experimenteren met materiaal
Van Wijk zei eerder tegen DuurzaamBedrijfsleven dat hij denkt dat grote producenten nog weinig gerecycled materiaal toepassen omdat het ingewikkeld en duur is. Het chassis moet bijvoorbeeld door drie verschillende bedrijven gemaakt worden. Omdat zij geen winstoogmerk hebben, kunnen ze experimenteren. Die luxe hebben autobouwers meestal niet.
De Luca mag nog niet de weg op, daarvoor moet hij eerst nog worden gekeurd. Zo moeten de brandveiligheid en waterbestendigheid zich nog bewijzen.
